“We worden een van de grootste passiefkantoren van Europa”

BEO-veld en betonkernactivering

Een passiefkantoor worden, dat doe je door zo weinig mogelijk energie te verbruiken. “We hebben geen gasaansluiting meer in het nieuwe provinciehuis. Er is alleen nog elektriciteit. Voor de verwarming en de klimatisatie werken we met een combinatie van boorgat-energieopslag (BEO) en betonkernactivering (BKA)”, vertelt Koen Van Haelst, directeur facilities & maintenance van de provincie.

Voor het BEO-veld werden zo’n 330 boorgaten in de grond gemaakt tussen 80 en 100 meter diep. Bij betonkernactivering wordt de massa van de betonstructuur gebruikt om warmte en koude te bufferen. “De waterbuizen voor de verwarming en de koeling zitten in het beton ingewerkt. De buizen werden gekoppeld aan de BEO-installatie. Wat het verwarmen betreft, verloopt dit via een warmtepomp. Deze haalt op lage temperatuur warmte op uit het BEO-veld en brengt die op een hogere temperatuur in de BKA. Het overschot aan warmte in de zomer wordt opgeslagen zodat daarmee in de winter kan worden verwarmd. In de winter onttrekt het buizensysteem warmte uit de bodem. De verlaagde bodemtemperatuur wordt gerecupereerd om het gebouw in de zomer af te koelen”, legt Koen Van Haelst uit.

Op schema voor certificatie passiefkantoor

Vanzelfsprekend wordt bij de bouw van het provinciehuis ook veel aandacht besteed aan isolatie, beglazing,…: “Het certificaat voor passiefkantoor is nog niet echt binnen, maar we zitten wel op schema. Het gebouw moet daarvoor eerst een paar maanden operationeel zijn en er zijn nog een aantal attesten nodig.”

Circulair kantoormeubilair

Het dossier van het nieuwe provinciehuis werd een tiental jaar geleden opgestart. Van circulaire economie was toen nog niet echt sprake. “Bij een bouwwerk van dit kaliber heb je maar een beperkte bewegingsvrijheid om de vereisten die je stelt onderweg te actualiseren. We proberen hier en daar wel bij te sturen en binnen de verhuis geven we ons meubilair zoveel mogelijk een tweede leven.”

Koen Van Haelst vertelt nog dat de provincie in de toekomst voornamelijk upcycled meubilair zal aankopen en niet meer voor nieuw geproduceerde kantoormeubelen zal kiezen. 

Geen afval meer

“Wij willen ook zoveel mogelijk afval vermijden. Dat is uiteindelijk de einddoelstelling van het circulaire verhaal. We proberen ervoor te zorgen dat we geen afval meer inkopen. Voor we iets aankopen, willen we weten hoe het geproduceerd is, hoe het verpakt is, of het kan gerecycleerd worden,... We kijken er ook op toe dat de investeringsgoederen die we aanschaffen lang meegaan. Voor ons geen gebruiksgoederen meer die lijken op fast moving consumer goods, die gemaakt zijn om zo snel mogelijk verbruikt of vervangen te worden. We richten ons op producten die we zo lang mogelijk kunnen gebruiken. Ook voor de aanschaf van elektrotoestellen en andere zaken voor de inrichting van het nieuwe Provinciehuis gaan we reeds op die manier te werk.”