Industriële afvalstromen worden nieuwe grondstoffen voor de bouw

Facility

Als gevolg van de bodemwetgeving is in Vlaanderen het historisch passief aan verontreinigde gronden zo goed als weggewerkt. Een van de spelers die daaraan meewerkte, is grondreinigingscentrum Bioterra. Met de opgedane kennis en ervaring gaat dit bedrijf vandaag een stap verder. “We evolueren volop van het reinigen van verontreinigde gronden naar het transformeren van industriële minerale afvalstromen naar nieuwe grondstoffen voor de bouw”, legt Wouter Vermin van Bioterra uit.

Bioterra werd opgericht in 1996, niet toevallig ongeveer gelijk met het ontstaan van de bodemwetgeving in Vlaanderen. Vandaag is het historisch passief aan verontreinigde gronden zo goed als weggewerkt, in tegenstelling tot Wallonië en tot de ons omliggende landen, met uitzondering van Nederland.

Verontreinigde grond wassen

“We zijn nog niet zo lang geleden verhuisd van Opglabbeek naar Genk, waar we langsheen het Albertkanaal gevestigd zijn. Van hieruit zijn we snel in het zuiden van ons land en in Duitsland om daar verontreinigde gronden te wassen”, vertelt Wouter Vermin. In Genk heeft Bioterra een oppervlakte van liefst 13 hectare ter beschikking, waar dat in Opglabbeek 3 hectare was.

Het reinigen van grond doet Bioterra samen met zijn zusterfirma die instaat voor de civieltechnische werken, zoals het ontgraven, het transporteren en het aanpakken van de eventuele grondwaterproblematiek. Bioterra zelf zorgt voor de verwerking van de vrijgekomen, verontreinigde materialen. Die worden omgezet naar ‘secundaire grondstoffen’, gerecycleerde granulaten, die een tweede leven vinden in de bouw.

Verontreinigde grond wordt nieuwe grondstof

De technologie die Bioterra daarvoor meestal gebruikt is wassen. Via fysicochemische verwerking worden valoriseerbare fracties in zand en steenachtig materiaal gerecupereerd. De verontreinigde grond wordt opgesplitst in 14 verschillende stromen. Per stroom bekijkt Bioterra wat de herbruikwaarde is, of verdere recyclage nodig is of dat de stroom as such herbruikbaar is als nieuwe grondstof.

De verontreiniging op zich wordt geconcentreerd in fijne kleideeltjes. Ongeveer 30% van het inkomend volume is niet meer bruikbaar en wordt onder auspiciën van OVAM gestort. Vlaanderen realiseert een hoog recyclagepercentage en is in Europa een voorbeeld.

Grondachtige materialen worden grondstoffen voor de bouw

“Onze kennis is ook toepasbaar op andere grondachtige materialen. Zo zijn er heel wat industriële minerale afvalstromen, denk bijvoorbeeld aan het afval dat achterblijft na het schoonmaken van riolen of na het vegen van goten. Daar zit slib in, alsook steentjes, zand,… Het gaat dus om een grondachtige substantie, maar wel complexer van structuur. We hebben in Genk een investering van 15 miljoen gedaan en een eigen installatie ontwikkeld waarmee we die moeilijkere afvalstromen kunnen scheiden en herleiden tot nieuwe grondstoffen”, legt Wouter Vermin uit.

Deze nieuwe grondstoffen komen opnieuw terecht in de bouwindustrie, bijvoorbeeld in beton.

Zand wordt schaars

“Een studie van de Verenigde Naties heeft aangetoond dat wij per inwoner van de aarde, per dag 20 kg zand verbruiken, door de verstedelijking. Moeder aarde gaat dat niet blijven aankunnen. In tal van regio’s in de wereld is er nu al een schaarste aan zand. Met Bioterra bieden we een alternatief door zand en stenen te herwinnen uit afval”, besluit Wouter Vermin.

Stel een vraag
aan een specialist

Heeft u vragen? Wij helpen u graag verder.

Ook interessant

Interessante bedrijven

Bekijk de socials